Gesprekken en geduld
2008:
Al diverse malen had ik gebeld met de pleegzorginstantie en
het informatiepakket wat ons was toegestuurd kende ik inmiddels van binnen en
buiten. Wat wilden we graag voor een kindje gaan zorgen, en wat duurde dit
allemaal lang zeg… Tenslotte lukte het me om een gesprek met de
gezinsonderzoeker in te plannen. Ik keek er ontzettend naar uit, want eindelijk
zouden we stappen kunnen gaan zetten! Het eerste gesprek vond plaats op een
doordeweekse avond, bij ons thuis. Dagenlang was ik als een dolle bezig geweest
het hele huis van boven tot onder schoon te maken en op te ruimen. Alles moest
natuurlijk spik en span zijn. In mijn hoofd vervloekte ik onze cavia, die telkens zaagsel uit haar kooi bleef schoppen.
Gelukkig viel het allemaal mee: de gezinsonderzoekster was een leuke, vlotte
meid, het huis werd eigenlijk nauwelijks bekeken en de cavia hield zich
gedeisd. Ik was dus voor niets zo zenuwachtig geweest! We kregen uitleg over
het gezinsonderzoek en planden de vervolgafspraken samen in.
2009:
Ongeveer vijf gesprekken plus een hele stapel ingevulde en
opgevraagde formulieren later kregen we groen licht: we zouden in aanmerking
komen voor een zogeheten ‘perspectief biedende plaatsing’. Men ging op zoek
naar een match met een pleegkindje dat een permanent plekje nodig had om op te
mogen groeien. Nog voor we het uitgebreide verslag van ons gezinsonderzoek
binnenkregen, was die match er al. Binnen anderhalve week kochten we als mallen
diverse babywinkels leeg en zetten we in huis alle puntjes op de i. En daar was
ze dan, ongeveer een half jaar na ons eerste contact met de pleegzorginstantie:
onze prachtige baby Vera.
2010:
Helaas bleek deze plaatsing niet zo perspectief biedend als
ons aanvankelijk was verteld. Na een intensieve tijd van onderzoeken en
proberen ging Vera na een jaar namelijk toch bij haar ouders wonen. Geweldig
dat dit kon, maar wat waren wij verdrietig. We probeerden contact te houden,
maar helaas lukte dat uiteindelijk niet. Terneergeslagen, maar met de
wetenschap dat dit nu eenmaal iets was bij pleegzorg kon komen kijken, besloten
we een pauze in te lassen. We hadden tijd nodig om alles te laten bezinken. Na
een maand of negen begon het toch weer te kriebelen. We zochten opnieuw contact
met onze pleegzorgwerker. Jammer genoeg bleek de instantie een ‘opnamestop’ te
hebben. Nu, jaren later, begrijp ik nog steeds niet goed wat dit eigenlijk precies
inhield. Voor ons betekende het in ieder geval één ding: afwachten. Een vreemd
gevoel, want we wisten dat er genoeg kinderen waren die een thuis nodig hadden
en wij waren beschikbaar, maar toch lag de boel hopeloos stil.
2011:
En dus hoorden we pas een hele poos later over Thomas, die
toen al meer dan een jaar bij een crisispleeggezin verbleef. Natuurlijk had hij
al veel eerder bij ons mogen komen wonen, maar wij wisten van niets! Gelukkig konden
we nu weer in de actiemodus. We gingen kennismaken en een tijdje later was hij
er dan: een pittige dreumes van bijna twee, met een schaterlach die me acuut
deed smelten. Twee maanden later, ik was
net weer aan het werk na een periode van pleegzorgverlof en vakantie, zag ik
ineens vier gemiste oproepen op mijn gsm. Vera bleek acuut bij haar ouders weg
te moeten. Of ze weer bij ons mocht komen? Ik spoedde me naar huis en manlief
sjeesde naar de Ikea. Tegen etenstijd was ze er: een getraumatiseerde peuter
van nog geen drie jaar oud.
2016:
Vandaag blik ik terug op de weg die manlief en ik hebben afgelegd
voordat we Vera en Thomas mochten verwelkomen. Een bijzondere reis door het ons
aanvankelijk nog zo onbekende Pleegzorgland. Het ene moment leek het wachten
eindeloos te duren, en het volgende moment waren we binnen enkele weken twee
tweejarigen rijker. Van gesprekken en geduld tot voluit ‘gaan-met-die-banaan’:
het hoorde er allemaal bij!
Reacties
Een reactie posten