Dierentuin
Bumba en Bumbula zijn
niet meer. Nee, ik heb het hier niet over de vrolijke Vlaamse clowns die
vele peuterhartjes dagelijks verblijden en wiens onverstaanbare oneliners vele
ouders inmiddels horendol hebben gemaakt. Ik heb het over onze vissen (die wel
degelijk vernoemd zijn naar deze Belgische grapjassen). Morsdood zijn ze, en
inmiddels onderweg naar de eeuwige jachtvelden, ofwel, het rioleringsstelsel
van onze woonplaats. Thomas weet nog van niets, want hij was al met het busje
onderweg naar school toen vanochtend hun jammerlijke heengaan werd
geconstateerd.
Wat zal hij verdrietig
zijn, want het waren zíjn visjes. Met zorg uitgezocht en zelf een naam bedacht.
Dagelijks eten gegeven. Elke week met papa het aquarium schoon gemaakt. En als
we op vakantie gingen, kreeg de hele waterbak een dikke knuffel bij zowel
vertrek als thuiskomst. Letterlijk, met zijn armen er helemaal omheen geklemd.
Dat is dus het grote
nadeel van huisdieren: er volgt altijd een onvermijdelijk moment van afscheid
nemen. We hebben inmiddels al een aantal van die momenten achter de rug. De
eerste die ging was Thelma, (of was het Louise?) de cavia, waarbij Vera in de
middag opmerkte dat “ze zo lekker languit lag te slapen”, en ik tegen
middernacht verschrikt moest vaststellen dat dit slapen wel heel definitieve
vormen aan had genomen. Daarna volgde twee gerbils, kort na elkaar, waarbij
eerst de één de ander besloot te verorberen, waarop ik gillend manlief heb
opgebeld dat hij echt nú naar huis moest komen om het dode exemplaar te gaan begraven.
De ander heeft daarna niet lang meer geleefd, het spontane kannibalisme had hem
kennelijk geen goed gedaan. Vervolgens waren er de goudvissen, “Drie” en “Oud”
(vraag me niet waarom ze zo heetten, ook dit keer had Thomas de namen gekozen),
die plotsklaps alleen nog maar op hun rug konden drijven na een algehele
verschoonbeurt van hun aquarium (het ververste water bleek een tikkie te warm
te zijn).
Ondanks dit alles noemen
we ons huis echter nog steeds weleens gekscherend “de dierentuin”. Er komen namelijk
toch telkens weer nieuwe huisdieren bij. Voor ons lijkt een uitstapje naar de
kinderboerderij niet compleet voor we minstens met één überschattig
konijntje thuiskomen. En een bezoekje
aan een dierenwinkel is natuurlijk ook spelen met vuur. Wat vinden de kinderen het leuk om
voor alle dieren te zorgen en met ze te knuffelen. En wat steken ze hier
telkens weer veel van op. Dat is dan weer het grote voordeel van huisdieren: ze
bieden gezelschap, gezelligheid en een hoop mooie leerervaringen.
Dus voorlopig handhaven
we de dierentuin maar gewoon zoals hij is, ondanks de moeilijke en soms
pijnlijke momenten. En dus maakt Thomas vanmiddag met papa zijn aquarium heel
goed schoon. Zodat er weer nieuwe visjes in kunnen komen wonen. Ik ben al
benieuwd naar de namen die hij deze keer zal gaan verzinnen ;-)
Reacties
Een reactie posten